01102015 | wijze woorden in oktober


Soms schrijf ik een brief naar mijn oma. Heel ouderwets en melancholisch met de hand. En ik kan je vertellen dat het heel moeilijk is. Echt.

Genoeg gespreksstof. Ik informeer naar haar, schrijf over de kinderen, mijn bezigheden... Je zou denken dat je dat met gemak wegschrijft. 
Maar je krijgt na drie zinnen al kramp in je vingers. Ik ben helemaal niet meer gewend om te schrijven. Met mijn wijsvinger te typen op mijn mobiel of met vier vingers op het toetsenbord van mijn laptop - geen typdiploma - is te doen, maar schrijven... aiaiai. 
Typisch gevalletje 'kind van deze tijd'.

En dan nog iets. Een brief zonder het gebruik van een emoji. Je weet wel, de plaatjes die tegenwoordig onmisbaar zijn in je app-gesprek. Want oma kent dat hele fenomeen waarschijnlijk niet (al is ze echt goed bij). Voor je het weet staat er een schaterend poppetje aan het einde van de zin. In de eerste brief heb ik er maar even bij gekrabbeld wat het betekent. 
Ik betrap me er al typend op dat ik ze ook wil gebruiken in mijn blogbericht of mail. Heel af en toe doe ik dat, maar het staat niet professioneel. Dat ben ik ook niet, maar toch... 
Zo aan het eind van de zin een dikke knipoog, om de boel een beetje luchtig te houden; 'zo serieus was het nou ook weer niet' zegt de emoji dan. Alsof je zonder die maffe, gele koppies ineens niet meer kan zeggen wat je bedoelt, lijkt wel. En dan heb je natuurlijk nog een serie aan gebaren, dieren, voedsel, gebouwen en voertuigen, symbolen... handig dat het is! 

Gisteren volgde ik workshops op onze basisschool. Heel leerzaam en ook mooi om (veel te kort) als ouders even van gedachte te wisselen. De eerste ging over meer- of hoogbegaafdheid. 
Wat meteen opviel waren de grote digiborden in de klas. Zo gaat dat tegenwoordig. De spreken plugt de kabel in zijn laptop en je hebt de presentatie staan, zonder gehannes met een wankel, half gescheurd dia-scherm. Hip hoor. 
Moet je natuurlijk wel weten hoe het werkt. Het werkt namelijk op de lachspieren. Ik denk dat het plaatsvervangende zenuwen zijn. De tweede dia die weigert te komen (natuurlijk gepaard met de opmerking; heel handig, maar dan moet'tie het wel doen) en als je met je vingers iets te dicht bij het scherm kwam, sprong het beeld naar de overzichtspagina. Lollig hoor.
Maar goed. Het beeld erbij. Schijnt dat alles dan beter beklijft. Als luisteraar is het toch ook prettig om een grafiek te zien bij de percentages die de spreker noemt. Het is alsof je het dan eerder gelooft. Ze kan wel zeggen dat zoveel procent een gemiddelde intelligentie heeft en nogwattes procent meer-of hoogbegaafd is, maar de bult in de grafiek verklaarde meteen alles. Zo gaat dat. Ik heb altijd geleerd dat een presentatie ook gehouden moet kunnen worden als de apparatuur weigert. Ik vraag me af of we dat nog kunnen. Ik vraag me ook af of we nog zonder plaatjes kunnen luisteren. Het leven lijkt tegenwoordig wel één groot, kleurrijk stripboek te moeten zijn, anders haken we af.

Workshop twee ging over gedrag. En dat verklaarde een heleboel. De cijfers wisselen nog wel eens, maar laten we het erop houden dat de boodschap van de ander nagenoeg staat of valt bij de non-verbale communicatie. Wat is de toon? Hoe kijkt de persoon? Welke houding heeft de persoon? Dat weten we allemaal wel, denk ik. Vooral als we luisteren, letten we daar op. Heel fijn. Maar voor mij was het even een frisse wind door mijn 'huishouden'. Hoe vaak klinkt er irritatie door in je stem? 'Doe je laarzen aan,' commanderen, terwijl je zelf nog van alles aan het doen bent en je kind niet aankijkt; lekker gezaghebbend, maar niet heus.
Het is duidelijk. We hebben beeld nodig. Tekst met beeld maakt meer indruk. Vandaar dat we selfies maken. 
En daarom zijn we zo waanzinnig blij met de emoji's. Ze helpen ons om oprecht excuses aan te bieden. Ze zetten kracht bij als we ergens gefrustreerd over zijn. 

De vraag blijft natuurlijk of het oprecht is. En of we dit moeten willen. Want als je echt beeld wil bij je tekst, dan spreek je elkaar 'face to face'. (Daar hebben we geen Nederlandse uitdrukking voor?)
En daarom zijn die emojis niet alleen handig, maar ook een typisch gevalletje 'kind van deze tijd'. Want we sturen de hele dag door vluchtig een appje naar deze of gene. Scheelt weer een o zo gezellig, maar tijdrovend telefoongesprek of bezoekje. om maar een voorbeeld te noemen.
Ja, die gele monsters zijn net als het ouderwetse pac-men. Ze vreten aan ons 'echte' leven. Houden al dat haastige, vluchtige, flitsende en oppervlakkige in stand. 
Ik overdrijf een beetje. Maar hoop dat je begrijpt wat ik bedoel. Er zijn al heel wat studies gedaan naar de gevolgen van dergelijke ontwikkelingen. Het beeld moet het leven niet vervangen. Daar worden we vlak van. Eenzaam. Ongeconcentreerd. A-sociaal. 
Tegenwoordig geven we sociale vaardigheden op school. Wat ik van harte toejuich. Bewust te zijn van jezelf en je (non-)verbale gedrag. Een redelijk zelfbeeld te hebben. Oog voor een ander. Oog voor verschillen. 
Het is belangrijk dat we niet een digitaal zelfbeeld hebben. We zijn hopelijk meer dan een profielfoto en kunnen onszelf ook uitdrukken zonder printer. Een krachtig verhaal zonder powerpoint. Want we zijn nog steeds mensen van vlees en bloed. Met veel meer in huis dan een het toetsenbord kan weergeven. Als we apparaten uit kunnen vinden, moeten we nog niet zelf een apparaat willen zijn of er zodanig afhankelijk van te zijn dat we bij een stroomstoring zelf ook 'uit' gaan.

Maar deze tas vind ik wel heel leuk. En het is dan ook meteen de uitspraak van deze maand.
bron: redbubble

1 opmerking:

  1. Anoniem1.10.15

    Hoihoi, wat een leuk stuk weer! maar voor mij niet herkenbaar doe er gewoon niet aan mee ook geen smartphone ...(ben een vintage jonge mama van bijna 3)

    BeantwoordenVerwijderen